Lossen en Laden Barnum & Bailey (Postkaart Collectie Lex Corijn)

De Treinroutes

Wij hebben de ambitie om de exacte treinroute van de Barnum-trein te achterhalen en in kaart te brengen.

Wie de volgende oplijsting doorneemt, merkt dat de keuze van steden van Barnum, toch wel zeer bijzonder is. Meer bepaald, wanneer men kijkt naar de verhouding Vlaanderen en Wallonië. Wanneer men kijkt naar de Vlaamse Provincies, bleek het circus meer steden aan te doen in West-Vlaanderen, te meer daar men eigenlijk vijf steden wou aandoen. Oostende was ook gecontacteerd, maar omwille van de vraagprijs werd de stad uit de programmatie genomen, volgens enkele bronnen. 

De trein hield halt in de volgende steden: in Luik 8 -11 oktober 1901; Verviers 12-13, Namen 14, Charleroi 15-16, Brussel 17-28, Leuven 29, Mechelen 30, Antwerpen 31 – 6 november, Aalst 7 november, Gent 8-10; Brugge 11, Ieper 12 en Roeselare 13 November, Kortrijk 14; Doornik 15; Bergen 16, 17 november 1901.

Volgens het Bestuur der IJzerwegen telde de “Barnum train“ 67 wagons (sommige bronnen spreken van 107 en 110 treinstellen, maar dat bleek ook een "Barnum truc" te zijn, ook al kon dit nog niet bevestigd worden).

Vier treinen kwamen heel vroeg aan in Barnum vanuit Ieper, waar de dag voorheen twee vertoningen werden gegeven! Na de voorstelling van 19.30 werd “het materiaal ingepakt“en vervoerd naar “Rousselare”, waar het zijn volgende vertoning zou hebben in Barnum ‘s anderendaags. De twee vertoningen in Ieper alleen spreken van om en bij 50.000 toeschouwers. In "Rousselare" telde men meer dan 20.000 volgens sommige bronnen. Het circusgezelschap telde 1000 man personeel en minstens 400 paarden, die blijkbaar niet allen in Roeselare konden ingezet worden, omwille van het moerassig karakter van de gronden van de Familie Dewilde. Voor de opbouw van de tenten werden dan maar olifanten gebruikt,... in Roeselare. De stad of de electrische maatschappij hadden blijkbaar speciaal voorzien in electrische verlichtingspalen, en het gezelschap bracht haar eigen generatoren mede.
 
Volgens Henk Bruggeman arriveerden de 4 treinen op vier verschillende tijdstippen. Elke wagon was ongeveer 20 meter lang.

De eerste trein vervoerde de gigantische "chapiteau", hetwelke plaats bood aan om en bij 13.000 mensen. Daarnaast stonden ongeveer 12 andere tenten.

De tweede trein vervoerde het grootste deel van de dieren.

De derde trein vervoerde de rest van de dieren en de "props" en rekwisieten.

De vierde trein vervoerde de artiesten en kunstenaars.

Volgens enkele bronnen, beschikten ze over mobiele laadkaaien en was reeds een tussenstuk uitgevonden, die kan vergeleken worden met het lossen en laden van de "Euroshuttle".

In Roeselare zou men betonplaten aangemaakt hebben, die oorspronkelijk dienden om de treinen te laden en lossen, uiteindelijk waren de terreinen die ter beschikking stonden blijkbaar niet helemaal geschikt, daar zij als moerassig werden beschouwd.

De grote chapiteau had een doorsnee van 200 meter. De kolosale menagerie tent was 100 meter lang, waar men natuurlijk leeuwen, tijegers, beren, wolven, hyena's panters, kamelen, giraffen en vele andere zeldzamen en zeer interessante uitheemse vogels kon aanschouwen.

Het aantal paarden en pony's werd geschat op 400 waarvan de helft ingespannen werden als werkpaarden.